Klein maar dapper, het verhaal van pup Taco

Hoi iedereen! Ik ben Taco, een stoer ventje van acht weken. De laatste tijd heb ik heel wat avonturen beleefd samen met instructeur Jonas. Mijn verhaal deel ik graag met jullie.

Het begon allemaal op zaterdagochtend 4 april. Ik had er een zware nacht opzitten aangezien mijn laatste nestgenootje het nest had verlaten. Niet veel later stond daar plots iemand met een felrode jas van Vrienden der Blinden voor de deur. Moeten we niet in ‘onze kot’ blijven, vroeg ik mij nog af? Hij babbelde nog even met mijn baasjes. Ik trok mij niet zo veel aan van het gesprek, aangezien ik nog aan het bekomen was van mijn dutje.

Na de babbel werd er een artistieke foto van mij gemaakt in een transportbak, dan wel nog voor katten. Echt ongelofelijk! Daarna nam die ‘Jonas’ mij mee in zijn auto. Ik protesteerde dapper, maar dat haalde niet veel uit. Oké, ik geef toe. Achteraf gezien was die autorit zo slecht nog niet.

Na een half uurtje stapte ik uit. Waar was ik nu beland, vroeg ik mij af? Precies een werf! Ik meende een half containerpark aan afbraakmateriaal en bouwmateriaal te zien, maar voor ik het allemaal goed kon gaan inspecteren, moest ik mijn blaas en darmpjes toch eerst even ontlasten, tot groot jolijt van Jonas (toch een raar typetje…).

Daarna ging ik op verkenning. Tijdens mijn grote ontdekkingstocht merkte ik toch een paar speciale dingen op die ik liever vanop afstand wou bestuderen. Ook dat donker tuinhuis leek mij enorm verdacht om binnen te gaan. Ik besloot dan maar om het mogelijke gevaar weg te blaffen en op een veilige afstand te blijven. Die tactiek pas ik graag toe! Ik ben dapper genoeg om toe te geven dat ik soms wat onzeker ben als ik nieuwe ruimtes binnen moet gaan. Tja, zeker met die Covid-19 moet je toch wat voorzichtig zijn, niet?

Net toen ik dacht dat ik alles wel een beetje gezien had, kwam er plots een zwart monster de tuin in gelopen! ‘Ella’ noemt Jonas het. Ik wist niet wat het was, behalve dat het zeker géén rekening hield met de social distancing. Naarmate ik het monster grondig bestudeerde, gedroeg het zich op dezelfde manier als ik. Een hond, maar dan wel met zwart en kort haar in plaats van wit en lang haar zoals dat van mijn mama. Echt vreemd, dit had ik nog nooit gezien! Ella is van het ras ‘labrador’, liet ik mij vertellen. Ondertussen vind ik ze allang geen monster meer. Misschien dat Ella dat van mij denkt, aangezien ik haar eten wil stelen. Mijn gedrag is volkomen normaal hoor, want zij krijgt wel vers vlees! Ik moet het stellen met droge brokken én bovendien steelt zij ook mijn speelgoed.

De dag zat er zeker nog niet op! Jonas verontschuldigde zich bij mij, omdat het allemaal veel indrukken waren op één dag. Geen probleem dacht ik, klein maar dapper kan ik alles aan. Jonas en zijn vrouw Melanie (een minder raar typetje dan Jonas) gaan elke avond bij de papa van Melanie gaan eten, aangezien koken en afwassen niet zo praktisch is bij hen thuis door de verbouwingen. Ze hebben mij verzekerd dat ze dit al van voor de lockdown toepasten en dat de social distancing volop gerespecteerd wordt. Oké, op deze voorwaarde ging ik mee. We stapten uit én wat zag ik? Nog een hond, maar nu met zwart wit haar! Een beetje een mengeling van Ella en mijn mama. Dat kan niet slecht zijn, dacht ik bij mezelf. Nelson noemt hij. Met Nelson kon ik het direct goed vinden. Ik liep meteen met hem mee, maar wat ik dan zag was ongelooflijk: schapen, kippen, een gans, parelhoenen, lammetjes, … Ik mocht van Jonas mee de weide in om te wennen aan alle dieren, maar ik trok me dat niet zo veel aan. Na het eten keerden we terug huiswaarts en plofte ik mij in de bench. Wat een dag!

De laatste nachten blaf ik meer vanuit mijn bench. In het begin stond Jonas direct op als ik blafte om me eens buiten te laten. Ik probeer die truc nog steeds. Ik vrees dat Jonas mij door heeft, want er komt geen reactie meer op mijn geblaf. Ik geef het dus maar beter op!

Sinds 2 dagen doet Jonas iets nieuws: als hij ‘Taco’ zegt, heeft hij meestal een super lekker snoepje vast in zijn hand. Dit heb ik héél snel door. Jonas hoeft mij nu geen twee keer te roepen! We hebben ook al eens kort aan de leiband gewandeld. Ik voel me meer en meer in mijn sas hier.

Misschien tot de volgende keer én houd jullie goed!

Pootje,
TACO